Route:  
  1. Home

JAMTIME! Een bewuste sprong naar Soul Quality in organisaties


Rik Spann1 juni 2016Kwaliteitsmanagement, Organisaties 

Wat voor de hand ligt in een vakblad voor kwaliteitsmanagement, met als thema ‘irrationele kwaliteit’: een strak onderbouwd, gedegen verhaal over nieuwe ontwikkelingen binnen de organisatiekunde, en een mooi ontworpen diagram met de essentie van ‘het verhaal’. Een logische opeenvolging van zinnige opmerkingen die ‘hout snijden’. Een ‘song’ die past binnen het repertoire van de jukebox die er al jaren staat. Wat minder voor de hand ligt: een essay, in een atypische ‘stream of management consciousness’, over een filmpje. Een korte trailer, zomaar te vinden op internet, over een muziekproject, getiteld ‘Poppin’ Canto’. Met als opdracht: kijk even naar dat filmpje, en lees dan deze beschouwing. De keuze was snel gemaakt. Omdat ‘kwaliteit’ zich niet laat vangen in herhalingen van zetten. En omdat het past juist omdat het niet past. Let’s build the plane while flying. Let’s fly the plane while building it.

Bij deze dus het vriendelijke verzoek om in je omgeving een scherm op te zoeken. De grootte is niet van belang. Het gaat niet om de kwantiteit. Afmetingen doen er niet toe. Het gaat om beschikbaarheid. Beschikbaarheid en gemakkelijke oproepbaarheid van kwaliteit. Met een paar simpele vingerbewegingen komt een hele wereld tot leven.

Tik in op Google: Poppin’ Canto. Er komen dan ongetwijfeld enkele hits te voorschijn. Waaronder drie trailers voor een muziekproject van choreografe en regisseuse Kitty Relleke, die onder de titel Poppin’ Canto twee op zich al rijke werelden met elkaar verbond: die van de modern klassieke muziek (de minimal music compositie Canto Ostinato van Simeon ten Holt) en de wereld van de hiphopgroep Pop-Arazzi Crew. 

In mijn sessies begin ik vaak met een van de versies van deze trailer. Zo ook bij een lezing (april 2016) die ik gaf op een congres voor de NVM (Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten). Het filmpje bleek een rijke aanleiding voor een gezamenlijke zoektocht naar de essentie van verbinding, vakmanschap, vertrouwen, identiteit en creatief denken buiten de gebaande paden. Bij het Wintercamp kwam het filmpje tijdens mijn sessie ook langs. In een ietwat andere context. Maar met eenzelfde impact en waarde voor het in gang zetten van een vruchtbare dialoog. Een zoektocht naar kwaliteit voorbij de betekenis die ‘klopt’. Een zoektocht naar een andere manier van ‘kloppen’:  naar de heartbeat, de Soul Quality, die de drijvende kracht is in onze nieuwe manier van organiseren.

 

Turn and face the strange
David Bowie, Changes

 

Zoektocht naar kwaliteit

In eerste instantie lijkt een dergelijk filmpje niet het aangewezen startpunt voor een zoektocht naar de kern van kwaliteit binnen het organiseren van de 21ste eeuw. De eerste uitdaging voor het (kijkend, luisterend, lezend) publiek: vergeet dit. The Art of Not Knowing. Een van de belangrijkste kwaliteiten van iedereen die zichzelf mee wil nemen op reis naar een toekomst die al begonnen is. Zoals de slogan van Budweiser Light het al uitdrukt: It’s only weird when it doesn’t work.

Aangewezen startpunten zijn precies dat : aangewezen startpunten. In de wereld waarin wij heden ten dage rondtollen, met snelheden waar het licht jaloers op is, zijn startpunten die door ons of anderen aangewezen zijn, niet langer afdoende.

Een van de termen die in mijn werk regelmatig langskomt: emergent structures. Jawel, er zijn vastigheden. Maar die ontstaan uit het proces. Zo ontstaat er een houvast dat nodig, supportive en flexibel is. Niet een kader waarin het verhaal dient te passen. Geen set van standaarden die de criteria leveren voor iets wat uit de flow zou moeten voortkomen. De uitdaging is : begin met ‘Niets’. 

Vastigheid

De improvisator, een kunstenaar die over talloze vaardigheden en inzichten beschikt die voor welke hedendaagse professional dan ook Goud waard zijn, beschikt over veel  ‘vastigheid’ (een aantal basisprincipes, een framework waarin het ontstaan van het ‘werk’ optimaal zal gedijen, en een goede training en attitude rondom die aspecten die tegenwoordig vaak met ‘Rijnlands’ worden aangeduid: verbinding, vertrouwen en vakmanschap).

Maar deze ‘vastigheid’ zit het proces nooit in de weg en kan daarmee per definitie de kwaliteit van het eindresultaat niet ondermijnen. Vanuit een sterk bewustzijn van de collectieve ambitie (basisprincipe: engage others in a common cause). Vanuit een scherpe alertheid ten opzichte van de omgeving, die door de (inter)actie continu en organisch verandert. Vanuit een bewuste flexibele proactiviteit ten opzichte van die steeds veranderende omgeving. Waardoor de improvisator zich meer tot zijn omgeving verhoudt in een spectrum dat door Stafford Beer met management cybernetics werd aangeduid. Levende, zelfregulerende systemen, in een continue, organische wisselwerking met de omgeving, als alternatief voor de metaforen vanuit het machinedenken, in navolging van de invalshoeken van Descartes en Taylor.

Paradigma

Natuurlijk is het machine-paradigma verouderd. Maar een paradigma verdwijnt niet zomaar uit je bewustzijn. Om over het onderbewuste nog maar even te zwijgen. In het programma dat ik met Teun Hardjono verzorg over de organisatieprincipes van de 21ste eeuw, analyseren we, uitgaande van de organisatieprincipes van de 20ste eeuw, zoals geformuleerd door Alvin Toffler, dit paradigma, dat nog op vele manieren doorwerkt in onze manieren van denken en doen, leidinggeven en organiseren, samenwerken en innoveren. Terwijl het tijdperk waarin we leven, al decennia lang vraagt om nieuwe benaderingen, invalshoeken, perspectieven en praktijken. Die gelukkig steeds meer ten tonele verschijnen, in het volle licht van door 3d-printers vervaardigde schijnwerpers. The Art Of Not Knowing: zorg dat je wist wat je weet. No judgment today.  

 

I repeat myself when under stress. I repeat myself when under stress.
I repeat myself when under stress. I repeat myself when under stress.
King Crimson, Indisciplin

 

Gedachten ontwikkelen zich in patronen. Putjes vangen nieuwe inzichten op en worden kanalen in plaats van rivieren. Patterns of communication liggen onder onze manieren van waarnemen en delen van informatie. Het waarnemen van deze patterns en het bewust kunnen beïnvloeden daarvan vraagt veel, maar levert oneindig meer op. In mijn werk vanuit de essentie van CMM (Coordinated Management of Meaning, een visie op communicatie die in de hedendaagse wereld op talloze gebieden revolutionaire voordelen biedt t.o.v. het oude zender-ontvanger-model), o.a. in de Ingroove Jazzclub, in samenwerking met Sergej van Middendorp, wordt hartstochtelijk gewerkt aan het onderzoeken van de verbindingen tussen onze communicatiegewoonten en hoe we professionals en teams (o.a. in de complementaire Zorg) kunnen leren om deze aan te passen aan de tegenwoordig relevante en noodzakelijke fluïditeit van informatieverwerking (zowel mentaal als ook rondom de implementatie van IT-systemen in complexe organisatieconstellaties). Enterprise Architectuur die mentale en communicatieve processen als vanzelfsprekend meeneemt. Irrationele elementen die nooit buiten beschouwing gelaten kunnen worden. Omdat mensen aan het roer staan, niet ‘automatische piloten’. 

Aandacht

Kijk met aandacht en een open geest naar een van de versies van de trailer van Poppin’ Canto. Dit doe ik ook met de deelnemers aan mijn sessies. Vervolgens zien we datgene wat we willen zien, wat we nodig hebben. Kunst is gebaseerd op mythe, niet op theorie. Er wordt niet een zienswijze en leef- en werkpraktijk voorgeschreven. No prescript. Fouten zijn niet mogelijk, omdat je het ook niet ‘goed’ kunt doen. Niemand controleert, beloont of straft. Er is geen partij die bedenkt wat wij gaan uitvoeren. Er is geen partij die gaat uitvoeren wat wij bedenken. Denken en doen vallen samen. Design en delivery zijn één. Alweer de improvisator aan het werk. Building the plane while we’re flying

Tranen

Een van de mogelijke verhalen: Kitty Relleke, de kunstenares achter het werk, bracht twee werelden bij elkaar die daar in eerste instantie niet zomaar in mee zouden gaan. Ze monteerde de muziek van Canto Ostinato onder een Youtube-filmpje van de hiphopgroep, en bezocht daarmee de pianisten die het werk regelmatig uitvoerden. Ze vertelde niet over haar visioen - hoe bijzonder de combinatie van deze twee werelden zou kunnen zijn - maar liet het filmpje zien. Tranen in de ogen van de pianisten. Onmeetbare kwaliteit gecommuniceerd via ervaring.

Daarna zocht Kitty de hiphopdansers op. Met dezelfde filmpje. Met dezelfde resultaat. Tranen in ogen. Er was een team geboren. Vanuit de diepst mogelijke verbinding - een emotionele drijfveer gelinkt aan een visioen dat van de wereld een mooiere plek zou maken - ontstond een kunstwerk dat volslagen uniek was. Innovatie in de meest zuivere betekenis van het woord. Vakkundig vormgegeven expressie van een gevoel dat tot uitdrukking moest worden gebracht. Iedereen die de voorstelling gezien heeft zal het daarover eens zijn geweest. 

Waarde scheppen

In het hele proces van het ontstaan van het werk, in de uitvoeringen, en zelfs in deze onverwachte extra toevoeging in mijn lezingen en in dit artikel, is nergens sprake van dat type ‘stress’ waarnaar de tekstregel van King Crimson verwijst. Ook binnen het nieuwe organisatieparadigma, waarin menselijke waarden het uitgangspunt zijn van het proces van waardecreatie, met financiële vermogensvermeerdering als slechts een van de criteria waaraan waardevergroting gemeten wordt, is er sprake van een vorm van stress. Er wordt namelijk hard gewerkt in de creatieve industrie. Inspiratie en transpiratie slaan hun handen ineen. Blood, Sweat and Tears. Maar deze lading gaat meer over de juiste balans tussen spanning en ontspanning.

Die authentieke, intrinsieke drive die nodig is om mensen en teams daadwerkelijk in beweging te brengen. Volgens Daniel Pink: autonomy, mastery en purpose. Die intrinsieke motivatoren die aan het roer staan if the money issue is off the table.

Is geld onbelangrijk? Nee. Je moet het namelijk eerst van de hoogste plek van het podium verdrijven. Daar stelt het zich iedere keer weer op. Money makes the world go around. Neem het serieus zonder het als een doel op zichzelf te beschouwen en een slaaf ervan te worden, daarmee alles wat in ons hart en onze ziel leeft voerend aan de leeuwen, verkopend aan Faust en zijn talloze vermomde vrienden. Take it off the table. Dan kunnen we aan de slag met datgene waar het in werken werkelijk om gaat: het op een georganiseerde manier scheppen en uitwisselen van waarde, die aan alles en iedereen in de omgeving, inclusief die omgeving zelf, in het nu en in de toekomst, opbouwend, vruchtbaar en goed is. Goed, als in KwaliteitKwaliteit, als in Goed.

 

It don’t mean a thing if it ain’t got that swing
Duke Ellington

 

Wat nu? Is het verhaal over Poppin’ Canto volledig? Op geen enkele manier. Het lijkt onsamenhangend, onvolledig, onlogisch. Maar beantwoordt het daarom niet aan de criteria van kwaliteit ? Zoals Wouter Hart in Verdraaide organisaties al aangeeft: het gaat niet meer om volledigheid, maar om het maken van die keuzen die voldoende houvast bieden maar variatie mogelijk blijven maken (jazzprincipe: Minimize structures to create boundaries for maximum flexibility and autonomy).

Mijn verhaal had talloze kanten op kunnen gaan. Maar vol-ledig was het nooit geworden. Nooit vol genoeg om de hele lading te dekken. Nooit ledig genoeg om niets te zeggen te hebben, of ruimte voor ‘wat dan ook’  over te laten. Het had alle kanten op kunnen gaan. Zoals het elke dag in onze organisaties, in welke situatie dan ook, aan de hand is. Welke kanaal we ook gegraven hebben: er kan iets buiten de oevers treden. Sterker nodig: als dat niet gebeurt, zijn we ten dode opgeschreven. Als we niet buiten de kaders kijken, buiten de gebaande paden wandelen, dan worden we slaven van fictieve meesters, die alleen nog maar bestaan omdat ze voor comfort zorgen in de zone die we afgebakend hebben als onze werkruimte.

 

A Body without a Soul is a Machine
A Soul without a Body is a Ghost
A Body with a Soul that fits is a Cage
A Soul with a Body that supports is a Groove
Rik Spann

 

Ruimte? Zeggen we Ja tegen weird, irrationeel, onlogisch, emotioneel, buitensporig, creatief, anders, in onze beleving en definitie van kwaliteit. Het zou een mooie eerste stap zijn op weg naar een volgende stap één. Met in de bagage van de nieuwe professional als nieuwe vaardigheid: het talent om irrationaliteit tot kunst te verheffen. Want met ratio alleen redden we het niet. Het werkte ooit, maar voor de kwaliteitsprofessional van nu is de opdracht helder: Bezin jezelf op de toekomst van kwaliteit, en geef hiermee vorm aan de kwaliteit van de toekomst. 

Met een steeds prominentere rol voor Soul Quality: de bezielde, creatieve, emotionele, irrationele kant van de dynamische wisselwerking in organisaties. De volledige mens als maat en als uitgangspunt, met nieuwe definities van speelruimte, leiderschap, samenwerking, autonomie en vernieuwing. Van gevoel naar getal, in die volgorde. Onwennig misschien, maar overal in de praktijk zichtbaar als dé invalshoek naar duurzaam, vernieuwd, flexibel, creatief, effectief en efficiënt organiseren. En niet zo ingewikkeld als het lijkt met behulp van doortimmerde materialen, zoals de Jamtime-principes van Barrett e.a. (zie kader), wetenschappelijk onderbouwde organisatieprincipes die vanuit de creatieve industrie, de moderne managementleer en de systeemtheorie nieuwe impulsen geven aan een toekomstbestendige visie op kwaliteit. Zoals Duke Ellington al zei: It don’t mean a thing if it ain’t got that swing. Het gold voor de jazz van de 20ste eeuw. Het geldt voor de organisaties van de 21ste eeuw. Van ontstemde naar goed gestemde organisaties, met nieuwe invalshoeken op bestemming, afstemming en alternatieve stemming.

Kortom: Let’s groove!

 

Bronnen:

Barrett, Frank J. (2012), Yes to the Mess - Surprising Leadership Lessons from Jazz, Harvard Business Review.

Beer, Stafford (1979), The Heart of Enterprise, John Wiley & Sons.

Blot, P. de, werkcolleges Nyenrode Business Universiteit.

Capra, Fritjof en Luisi, Pier Luigi (2014), The Systems View of Life, Cambridge University Press.

Hamel, G. (2007), The Future Of Management, Harvard Business School Press.

Hardjono, Teun W. (1995), Ritmiek en organisatiedynamiek, Vierfasenmodel, Kluwer.

Laloux, Frederic (2014), Reinventing Organizations, Nelson Parker.

Middendorp, Sergej van (2010), Kom in de Groove van de Jazz, Business Spiritualiteit Magazine, Quist Leidschendam.

Toffler, Alvin (1980), The Third Wave, Bantam Books.

Wijk, Alieke van der, en Van der Steen, Henk (2009), Werk in Uitvoering - Over de kracht van improviseren op de werkvloer, van Duuren Management.

 

Door: Rik Spann

 

Drs. Rik Spann is musicoloog, musicus,organisatiekundige en systeemdenker. Hij verzorgt vanuit zijn bedrijf The Sound Of Management creatieve sessies, o.a. op Nyenrode Business Universiteit, waarin hij via basisprincipes uit de creatieve industrie en interactieve storytelling met live muziek de deelnemers aan zijn seminars en workshops meeneemt op een zoektocht naar eigentijdse organisatieprincipes binnen de voor hen geldende context. Rik is Change & Innovation consultant bij LC GLOBAL (New York) en Associate van het CMM-Institute for Personal and Social Evolution en het IFGIC (Institute for Global Integral Competence). Daarnaast ontwikkelt Rik samen met Sergej van Middendorp de Ingroove Jazzclub. Deze virtuele jazzclub helpt teams om improvisatie, communicatie en architectuur te beleven, te beoefenen en toe te passen in complexe, interactieve processen, zoals het ontwerpen van systemen, het veranderen van organisaties en het gezamenlijk ontwikkelen van vaardigheden. In al zijn werk staat de dynamische verbinding van rationele en irrationele kwaliteit voorop. Rik Spann verzorgt samen met Teun Hardjono de interactieve duo-lezing The Sound Of Quality: de organisatieprincipes van de 21e eeuw.

 

Deel dit via